Het is belangrijk om te weten wat je kwaliteiten zijn om een goede studiekeuze te maken. Ik deel kwaliteiten op in twee subhoodstukjes, namelijk 'wat kan ik goed' en 'wat vind ik leuk'. 

Wat kan ik goed?

Iedereen heeft wel iets waar hij of zij in uitblinkt. Het maakt niet uit wat, maar schrijf alle dingen op die je goed kan. Een taart bakken? Breien? Een stunt met je skateboard? Zodra je alles hebt opgeschreven wat je goed kan ga je naar je moeder, je vader, je broer/zus, je beste vrienden. Laat zoveel mogelijk mensen die jouw goed kennen op een leeg a4tje invullen wat je goed kan. Vervolgens ga je alle dingen die je zelf hebt opgeschreven en en die anderen hebben opgeschreven samenvoegen en categoriseren. Er zijn een aantal categoriën waar je je de dingen die je goed kan mag indelen volgens de beroemde Hollands Zelfonderzoek test. 

• Intellectueel (analytische, nieuwsgierige en wetenschappelijke vaardigheden)
• Artisitiek (fantasie, kunst maken in de vorm van beeld, geluid en/of tekst)
• Ondernemend (leidinggeven, plannen bedenken, debatteren enz)
• Sociaal (goed luisteren, open staan, sociale vaardigheden en vind het fijn om met mensen om te gaan)
• Realistisch (technische, praktische en handige vaardigheden)
• Conventioneel (goed met cijfers, computers, routinematige handelingen)

Zet alle dingen die je goed kan in de categorie waar die volgens jou het beste past. Als je dit gedaan hebt, tel dan hoeveel dingen er per categorie staan. We gaan nu een code maken van wat je goed kan. Staan er de meeste dingen bij Artistiek? Dan begint jou code met een A staan er daarna de meeste dingen bij ondernemend? Dan heb je nu AO. Is de derde sociaal? Dan is jouw code AOS. Heb je nou eenzelfde aantal punten bij bijvoorbeeld je eerste letter, ben je bijvoorbeeld net zo artistiek als intellectueel? Dan schrijf je de twee mogelijke codes op. Bijvoorbeeld AOS en IOS (maar onthoudt dat ook AIO of IAO kan...). 

Wat vind ik leuk?

Als je dit gedaan hebt ga je precies hetzelfde doen met de dingen die je leuk vindt. Ook daar komt een code uit. Hier komt bijvoorbeeld uit dat je het leuk vindt om sociaal te zijn, intellectueel en artistiek. SIA. Welke letters heb je in deze twee codes niet zitten? In het voorbeeld ontbreken de R en de C. Onthoudt goed dat de twee categoriën/letters die je mist, dus niet bij je passen qua wat je leuk vind en wat je kan. Probeer dan ook om te vermijden om een beroep of studie te kiezen die iets met één van die letters te maken heeft. 

AIOS zijn de letters waarmee je wel iets kan en wat je leuk vindt. Daarin gaan we beroepen en studies kiezen. Kijk eens goed naar het verschil tussen de twee gevonden codes. Als er geen verschil is is dat het makkelijkste voor je, maar vaak zie je verschillen. Overweeg voor jezelf wat belangrijker is: wat ik kan, of wat ik wil? Ga uit van de letters in de code die je het belangrijkste vind. Ga je uit van wat je kan doe je de eerste code, en van wat je wilt doe je de tweede code. 

Wat moet ik met die code?

Met de code kan je opzoek gaan naar beroepen en opleidingen. Een volledige beroepenzoeker volgens Hollands Zelfonderzoek kan je hier (klik) downloaden. Net als volledige testboekjes trouwens. Het is echter aardig aan de prijs. De beroepenzoeker kost 33,50 bijvoorbeeld. Je krijgt dan wel duidelijke beroepen met daarachter de code. Of je kan zoeken op code naar beroepen. Vanuit het beroep kan je dan zoeken naar bijpassende studies. Je kan ook zelf proberen te interpreteren, zoals aan de hand van de tekst hieronder. Wel is dit een stuk breder advies dan dat je uit Hollands Zelfonderzoek krijgt. HZO geeft je meer specifiek advies en misschien vind je dat prettiger.

Mijn code begint met een I
Doe het hoogste studieniveau wat jij met je vooropleiding kunt doen.  Het liefst universiteit omdat dat goed bij deze letter past. Staan er daarna in je code een A, S of O? Doe dan een gedrags- of maastschappij opleiding. Staat er een O en een C? Doe dan een economische opleiding. Staat er een R? Doe dan een technische opleiding. 

Mijn code begint met een A
Scoor je alleen op A heel hoog, doe dan de kunstacademie. Scoor je ook goed op O, S of I? Doe dan een mediaopleiding, of een maatschappij-, gedrags- of geschiedenisstudie. Scoor je na de A vrij hoog op C of op R? Overweeg dan een opleiding zoals Media en Informatie Management, en opleidingen die met de technischere kant van media te maken hebben, zoals webdesign, grafisch tekenen e.d.. 

Mijn code begint met een O
De O zegt vooral dat je graag leiding hebt en de leiding aankan, uiteraard kom je dan algauw bij managementfuncties als eerste gedachte, en die functies kan je bereiken met elke studie. Maar de O betekent ook vaak dat je makkelijk je studie doorkomt omdat je gemotiveerd bent. Kies de hoogste opleiding die je kan doen, en kijk vooral naar de twee letters die volgen op de O. Om te zien wat daarbij past kan je bij de andere letters kijken.  

Mijn code begint met een S
Is jouw code een S in combinatie met een O en daarbij een R of een A? Misschien is de gezondheidszorg of maatschapelijke studies iets voor je. Als S heel hoog is zit je meestal beter bij een HBO studie, maar dat hoeft niet.
Heb je een S maar komt er geen R of C in voor? Dat zijn gedrags- maatschappij- en geschiedenisstudies waarschijnlijk iets voor je. Zeker als je S met een I hebt.

Mijn code begint met een R
Kijk dan eens bij technische opleidingen, zoals de TU in Delft, of meer agrarische opleidingen zoals in Wageningen.
Lijkt dit je allemaal niets? Kies dan de twee letter van jouw code als eerste letter en lees de tekst die daarbij hoort.

Mijn code begint met een C
Een C geeft vaak aan dat je goed met getallen bent, opleidingen zoals natuurkunde, wiskunde en scheikunde passen hier maar ook biologie, en economische opleidingen. Een hoop is mogelijk. Wat je vaak NIET moet doen is een gedrags- of maatschappijopleiding. 

Vind je dit nou allemaal veel te veel gedoe? Een soortgelijke test kun je ook op deze site (klik) doen.